Open brief aan de gemeenteraad van Haarlem




Betreft: Initiatiefvoorstel “Leegstandsverordening Haarlem”



Haarlem, 8 april 2022


Geachte leden van de gemeenteraad,

Het bestuur van de Vereniging Eigenaren Binnenstad Haarlem (“VEBH”) heeft met belangstelling 
kennisgenomen van het initiatiefvoorstel “Leegstandsverordening Haarlem” zoals gepresenteerd tijdens de 
raadsvergadering d.d. 17 februari 2022. 

De VEBH erkent van harte dat vastgoedeigenaren een grote maatschappelijke verantwoordelijkheid 
dragen. De VEBH is ook niet principieel tegen het invoeren van een leegstandsverordening in de gemeente 
Haarlem. Daarbij moeten nut, noodzaak en proportionaliteit naar onze mening echter wel uiterst kritisch 
worden bezien. Te meer nu de voorgestelde leegstandsverordening verstrekkende gevolgen kan hebben 
voor eigenaren van in Haarlem gelegen vastgoed – daaronder begrepen de leden van de VEBH. Naar onze 
mening is de voorgestelde leegstandsverordening vooralsnog niet de aangewezen weg. Wij geven u graag 
het volgende in overweging.

De beleving van de eigenaar
De voorgestelde leegstandsverordening vormt de basis voor zicht op langdurig leegstaande woningen, 
winkels en kantoren in de gemeente Haarlem. De voorgestelde verordening creëert – en in voorkomende 
gevallen: forceert – daarnaast een ingang bij de eigenaren van langdurig leegstaande objecten. Zo vormt 
de voorgestelde verordening de opmaat voor een inhoudelijk gesprek tussen de gemeente Haarlem en de 
eigenaar van een specifiek leegstaand object binnen de gemeentegrenzen.

Aan dat inhoudelijke gesprek gaat voor een eigenaar een verplichte leegstandsmelding – op straffe van 
een geldboete – vooraf. Een eigenaar kan na dat inhoudelijke gesprek ook worden geconfronteerd met de 
verplichting om werkzaamheden in het leegstaande object te (laten) verrichten. Bovendien kan de 
gemeente een gebruiker voordragen waarmee de eigenaar - onder dreiging van bestuursdwang - een 
overeenkomst dient te sluiten. Dat vastgoedeigenaren de voorgestelde leegstandsverordening in meer of 
mindere mate zullen ervaren als een inperking van hun autonomie en van een essentiële waarde als 
contractsvrijheid ligt dus voor de hand.

Heldere visie op ‘de markt’ vereist
Desondanks een constructief gesprek met een specifieke eigenaar kunnen voeren – en de voorgestelde 
verordening niet tot een dode letter te laten verworden – vereist gedegen voorbereiding door de 
gemeente Haarlem. Wat wordt de inzet van de gemeente in een gesprek dat voor de eigenaar kan 
resulteren in een leegstandsbeschikking en de voordracht van een gebruiker? Heeft de gemeente Haarlem 
voldoende zicht op potentiële gebruikers en de in de markt gebruikelijke huurovereenkomsten om 
dergelijke gesprekken constructief en effectief met alle eigenaren te kunnen voeren? De oproep van 
indieners om de ontwikkeling van een ‘makelpunt’ in Zaandam “te volgen” overtuigt in deze context niet.
Is er daarnaast voldoende ambtelijke capaciteit beschikbaar om deze gesprekken – over het invullen van 
langdurige leegstand, maar bijvoorbeeld ook het transformeren van leegstaande kantoren – telkens goed 
voorbereid, constructief en effectief aan te gaan? 

Niet alleen inzetten op ‘excessen’
De indieners verwijzen naar een concreet voorbeeld op de Haarlemse woningmarkt om de noodzaak van 
een leegstandsverordening te onderstrepen. De voorgestelde verordening omvat echter alle langdurig
leegstaande woningen, winkels en kantoren in de gemeente Haarlem – en dus niet uitsluitend het soort 
individuele gevallen dat indieners aanhalen. Ook langdurige leegstand die welwillende eigenaren zelf 
kennelijk niet ingevuld krijgen, valt onder de werking van de voorgestelde leegstandsverordening. Welke 
invulling gaat de gemeente Haarlem in die gevallen aan het voorstel geven?

Een leegstandsverordening brengt extra lasten en verantwoordelijkheden met zich mee voor alle 
eigenaren én de gemeente Haarlem zelf – en zou in de praktijk dan ook niet alleen moeten worden 
toegepast om excessen aan te pakken. Om de leegstandsverordening ook breder te kunnen toepassen, lijkt 
een nadere verdiepingsslag noodzakelijk. Naar onze mening is niet op voorhand duidelijk dat de gemeente 
Haarlem voldoende ambtelijke capaciteit en zicht op de markt heeft om de voorgestelde 
leegstandsverordening breed, constructief en effectief toe te passen. Derhalve dient invoering naar onze 
mening vooralsnog achterwege te blijven.

Tot een nadere toelichting zijn wij vanzelfsprekend graag bereid. Wij denken bovendien graag met u mee 
over het bestrijden van langdurige leegstand in de gemeente Haarlem – in het bijzonder in de Haarlemse 
binnenstad. Wij zijn per e-mail bereikbaar via: secretariaat@vebh.nl. 

Hoogachtend,


Vereniging Eigenaren Binnenstad Haarlem,
het Bestuur


C.c. College van B&W van Haarlem